Militaria Wiki
Advertisement
Zerströrer 1936
Z26
Foto: Z26

Type

Destroyer

Land van herkomst

Duitsland
Bouwfirma Deschimag Bremen, AG Weser Bremen, Germaniawerft Kiel
Ontwerp
Productie (kiel / te water / in dienst) 1936 / 1937 / 1936-1944
Gebruiker(s) Kriegsmarine
Specificatie

Afmetingen (lengte/breedte/diepgang) 123,4 m. / 11,8 m. / 4,5 m.
Bepantsering
Bewapening Drie enkele en een dubbele 5,9-inch (150-mm) AA-kanons ; Twee dubbele 1,46-inch (37-mm) AA-kanons en vijf 20-mm AA-kanons ; Twee viervoudige 21-inch (533-mm) torpedobuizen en tot 60 mijnen.
Vliegtuigen geen
Voortstuwing Stoomturbines met reductiekasten van 52.200 kW (70.000 as-pk) naar twee schroefassen.
Waterverplaatsing 2600 ton standaard ; 3600 ton bij volledige belading.
Snelheid/Bereik 36 knp (66,2 km/u) / Bereik:10.935 km bij 19 knp (35,2 km/u)
Bemanning 321

Einde

De destroyers van de Typ 36A klasse werden in de Tweede Wereldoorlog gebouwd en te water gelaten tussen 1940 en 1942. Terwijl de vloot een grotere versie van de Typ 34 had gewild,werd het originele ontwerp slechts iets verlengd. De belangrijkste verandering was een toename in het kaliber van zijn hoofdgeschut tot 5,9 inch. Dit kon 60 procent zwaardere granaten verschieten en had een beter bereik, maar was moeilijk en langzaam handmatig te bedienen. Het gewicht van de twee voorste kanons werd teruggebracht door deze door een dubbele toren te vervangen. Deze ontwikkeling duurde echter lang en toen hij eenmaal in gebruik was, kampte hij met veel problemen. De meeste schepen uit de klasse begonnen met slechts een enkel kanon aan de voorzijde dat de gevechtskracht bepaald niet bevorderde,maar in elk geval de koersvastheid verbeterde. De schepen die achteraf een dubbele toren kregen, ondervonden in zwaar weer ernstige problemen met overkomend water op de dekken. Een probleem van de eerdere klasse - een slechte wendbaarheid - werd verholpen door het aanpassen van het gebied rond de doorsnede en door dubbele roeren toe te voegen, maar over het algemeen liep geen zeeman warm voor de Typ 36A.

De eerste order voor de Typ 36A bestond uit de schepen Z23 tot Z30, waarvan nog zeven schepen, Z31 tot Z34 en Z37 tot Z39 (met een iets aangepast ontwerp) aan werden toegevoegd. Deze schepen hadden geen naam, maar stonden algemeen bekend als de Narvik klasse. De naam kwam van de Duitsers zelf. Hun in Noorwegen gestationeerde eenheden hadden iets overgenomen van de eerdere schepen die daar in april 1940 verloren waren gegaan. Verrassend genoeg wellicht, gingen er slechts zes schepen verloren tijdens de oorlog. Twee van de overlevende schepen zouden nog zo'n tien jaar in gebruik blijven bij de Franse marine. Een andere, de Z38, werd na de oorlog ingezet bij de Royal Navy als de HMS Nonsuch voor machinerieevaluatie en 'speciale tests'. De Z26 ging ten onder in maart 1942 tijdens een destroyeraanval op konvooi PQ13. Tijdens een salvo van torpedo's om dit schip te vernietigen, raakte de Britse kruiser HMS Trinidad zichzelf met een uit de koers geraakte torpedo. De drie Duitse schepen die hierbij aanwezig waren hadden al zo'n twintig torpedo's afgevuurd in een vruchteloze poging om hetzelfde resultaat te bereiken.

Advertisement