vliegtuig | |
---|---|
Type | Spionagevliegtuig |
Land van herkomst | USA |
Bouwfirma | Lockheed, Skunk Works division |
Ontwerp | Clarence "Kelly" Johnson |
Productie (eerste vlucht / In gebruik / in dienst) | 1964 / 1966 / 1966-1998 (USAF), 1966-1999 (NASA). |
Gebruiker(s) | USAF, NASA. |
Specificatie | |
| |
Afmetingen (lengte / spanwijdte / hoogte / vleugeloppervlak) | 32,74 m. / 16,94 m. / 5,64 m. / 170 m². |
Gewicht (leeg / max. startgewicht) | 30.617 kg / 78.018 kg |
Motor(en) | 2x Pratt & Whitney J58 (JT11D-20J of JT11D-20K) turbojets met naverbrander van 110 kN elk. |
Prestaties (snelheid / plafond / bereik) | 3540 km/u / 26.000 m. / 5230 km op kruissnelheid. |
Avionica | Itek KA-102A 36–48 in (910–1,220 mm) camera. SIGINT en ELINT op verschillende plaatsen |
Bemanning | 2 |
Gebouwd | 32 |
Gebruik (Landen) | USA |
Op 29 februari 1964 onthulde president Johnson dat de Verenigde Staten beschikten over een nieuw hogesnelheidsverkenningsvliegtuig dat op grote hoogte kon opereren. Hij sprak over het toestel als de A-11. Volgens Johnson kon het toestel met snelheden van meer dan 3200 km/u vliegen en tot een hoogte van ruin 21.300 meter stijgen. In feite was het toestel waar hij aan refereerde de A-12, een eenpersoons verkenningsvliegtuig dat op 30 april 1962 zijn eerst vlucht had gemaakt. Er waren ongeveer vijftien A-12's gebouwd, die operationeel gevlogen werden door piloten van de CIA. Twee machines werden omgebouwd tot M-21 dragertoestel van de D-21 drone. Ook werd een A-12B tweepersoons trainingstoestel gebouwd. De A-12 was ook de voorloper van de drie niet succesvolle Yf-12A onderscheppingsprototypes, die getest werden door de USAF, maar niet in serieproductie zijn genomen.
Lockheeds plan om voor de USAF een tweepersoons verkennings/aanvalsvliegtuig te produceren dat gebaseerd was op de A-12, leverde betere resultaten op. Er werden mock-ups van R-12 verkennings- en RS-12 verkennings/aanvalsversies gebouwd. De R-12 werd doorontwikkeld tot de SR-71, een type dat in de volksmond bekend stond als de Blackbird en bij zijn bemanning als de Habu. De RS-12 werd niet voortgezet, in plaats daarvan werd gekozen voor de XB-70. De SR-71A was grotendeels gebaseerd op de A-12. Hij bestond voornamelijk uit titanium, dat relatief goed bestand is tegen hitte. Bij snelheden van meer dan Mach 3 bereiken sommige onderdelen temperaturen van 300°. Omdat de luchtweerstand enorm toeneemt bij hoge snelheden, moest het type een zo slank mogelijke romp hebben en zo dun mogelijke deltavleugels. De voorkant van de romp had een liftverhogende vorm, die ervoor zorgde dat de neus zich niet naar beneden zou richten als de snelheid toenam. Twee Pratt 1 Whitney J58 turbojetmotoren vormden het hart van een complex voortstuwingsysteem. Deze motoren alleen leverden voldoende vermogen bij lagere snelheden. Bij Mach 3 echter produceerden ze slechts 18 procent van de vereiste stuwkracht. Het overige vermogen werd verkregen door de zuigwerking in de inlaten en uit speciale straalpijpen aan de achterzijde van de motorgondels. Alle SR-71's konden in de lucht worden bijgetankt.
De SR-71A's werden in 1966 in gebruik genomen en in juni 1968 werden de laatste A-12's teruggetrokken. Er werden twee SR-71B trainingstoestellen met dubbele besturing gebouwd. Hiervan ging er een verloren. Dit leidde tot de bouw van één SR-71C trainingstoestel. Deze SR-71C had de achterkant van de romp van de YF-12A en de voorromp van een statisch testcasco. Maar het was een impopulair toestel dat weinig gevlogen werd. De 29 SR-71A's die gebouwd zijn, ondernamen belangrijke missies boven alle brandhaarden in de wereld. Dit gebeurde zowel vanuit hun basis in Beale, Californië als vanaf overzeese bases, voornamelijk in Kadena, Okinawa, en Mildenhall in Groot-Brittannië. Net als de A-12 waren de SR-71A's actief tijdens de Vietnamoorlog. Begin jaren negentig waren alle toestellen echter teruggetrokken. Omdat er problemen werden voorzien bij het verzamelen van inlichtingen tijdens Desert Storm, overwoog men om de SR-71 weer in dienst te nemen. De pogingen hiertoe werden uiteindelijk in 1998 stopgezet. Toch beschikt de NASA nog altijd over een potentieel luchtwaardig exemplaar van zowel de SR-71A als de SR-71B.
Varianten[]
- SR-71A: Belangrijkste productievariant.
- SR-71B: Trainervariant.
- SR-71C: Hybride trainervliegtuig bestaande uit de achterste romp van de eerste YF-12A (S/N 60-6934) en de voorste romp van een SR-71 statische testeenheid. De YF-12 was vergaan bij een landingsongeluk in 1966. Deze Blackbird was schijnbaar niet helemaal recht en gierde met supersonische snelheden. Het kreeg de bijnaam "The Bastard"